Ga met elkaar in gesprek over het volgende:
Regelmatig kwamen in het afgelopen halfjaar gevaarlijke situaties naar voren welke te maken hebben met elektriciteit. Vaak in combinatie met een elektrische schok (elektrocutie gevaar) en/of het vrijkomen van een vlamboog (verbrandingsgevaar) voor de medewerker.
De meldingen en/of incidenten komen bij diverse werkzaamheden naar voren die te maken hebben met werken in de grond. Denk hierbij aan het raken van elektrische grondkabels door collegae van Bodem tijdens het plaatsen van een peilbuis maar ook aan GWW-college welke, zonder dat dit bekend was, een onderspanning staande kabel raken.
Deze toolbox heeft als doelgroep: elektrotechnische collega's.
Voor de collega’s welke grondwerkzaamheden (niet zijnde E-monteurs) en/of gebruikers zijn van elektrotechnische installaties is er een andere toolbox die meer op hun werkzaamheden en omgeving is gericht.
Korte toelichting verschillende Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties:
NEN 3140 en NEN 3840
Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties NEN 3140 en NEN 3840 geven invulling aan hoe veilig de werkzaamheden aan de elektrische installaties van de (private) opdrachtgever te kunnen uitvoeren. Kort samengevat; werkzaamheden “na de meter”.
In de NEN 3140 en NEN 3840 is onder andere aangegeven dat er een proces dient te zijn hoe onder andere E-monteurs worden aangewezen voor hun werkzaamheden, waarbij hun opleiding en competenties het uitgangspunt zijn. Aan de hand van deze aanwijzing mag de E-monteur bepaalde werkzaamheden verrichten.
Heijmans Infra heeft als stelling dat werkzaamheden, welke vallen onder de NEN 3140 en NEN 3840 , ten allen tijden spanningsloos uitgevoerd dienen te worden, conform artikel 3.5 lid 5 van het Arbeidsomstandighedenbesluit.
Indien er toch bepaalde handelingen onder spanning dienen te worden uitgevoerd, is hiervoor een proces beschreven welke staat vermeld in de beleidsnotitie NEN 3140. Deze beleidsnotitie wordt later dit jaar in een toolbox behandeld.
BEI-BLS en BEI-BHS
Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche LaagSpanning (BEI-BLS) en Branche HoogSpanning (BEI-BHS) geven invulling aan hoe veilig de werkzaamheden aan het elektriciteitsnetwerk van de energiebedrijven te kunnen uitvoeren. Kort samengevat; werkzaamheden “voor de meter”. De BEI-BLS en BEI-BHS zijn aanvullingen op respectievelijk de NEN 3140 en NEN 3840.
In de BEI-BLS en BEI-BHS zijn extra eisen aan opleiding en aantoonbare competenties voor de monteur beschreven omdat de werkzaamheden onder spanning en/of dichtbij spanning voerende delen kunnen plaatsvinden. Uitgangspunt is dat er spanningsloos gewerkt wordt maar dat is (helaas) niet altijd mogelijk vanwege de complexiteit van het elektriciteitsnetwerk of daar er simpelweg geen mogelijkheden zijn. Naast de extra eisen aan opleidingen en competenties beschikt de monteur ook over voorgeschreven PBM’s zoals benoemd in de, bij de monteur toegekende Veilig Werk Instructie.
Vlamboog
Een vlamboog is het plotseling vrijkomen van energie door een elektrische stroom, veelal door kortsluiting. Bij een vlamboog komt een grote hoeveelheid hitte, licht, geluid, drukgolf en giftige stoffen vrij. Een vlamboog is goed te vergelijken met een (kleine) explosie en kan naast materiële schade ook persoonlijk letsel veroorzaken.
In onderstaand filmpje wordt een voorbeeld getoond van een vlamboog. Het gaat hier vooral over de heftigheid zodat je hier een goed beeld bij hebt.
Bron: infopunt veiligheid (link: https://youtu.be/hFy3jmdhbfI)
Electrocutie/ Elektrisering
Elektrocutie is een schadelijke elektrische stroomdoorgang door het menselijk of dierlijk lichaam met de dood tot gevolg. Het woord elektrocutie is een samentrekking van elektro en executie. Een schadelijke elektrische stroomdoorgang zonder dodelijke afloop heet elektrisering.
In volgend filmpje wordt een voorbeeld getoond van een kortsluitproef in een verdeelkast. Het gaat hier vooral om te laten zien welke kracht er vrijkomt bij een kortsluiting.
(link: https://youtu.be/h51ZLgVKNKc)
Hieronder een aantal voorbeelden welke bij Heijmans hebben plaatsgevonden
Vlamboog
In dit voorbeeld is er, door kortsluiting, een vlamboog opgetreden.
Deze werkzaamheden werden uitgevoerd onder de BEI-BLS; hierbij is het mogelijk dat er werkzaamheden onder spanning kunnen worden uitgevoerd.
Op een gegeven moment is er (waarschijnlijk) kortsluiting gemaakt door de schroevendraaier tijdens het aandraaiern van schrofverbindingen in een aansluitkast (Faget). De schroevendraaier is in aanraking gekomen met een fasedraad en de nul of aarde.
Hierbij is er kortsluiting ontstaan waarbij de punt van de schroevendraaier volledig is weggesmolten.
Door de kortsluiting is er een vlamboog ontstaan welke het slachtoffer heeft geraakt en de gehele aansluitkast heeft verwoest
Elektrocutie
Deze werkzaamheden werden uitgevoerd onder de NEN 3140
In dit voorbeeld heeft de medewerker een lichte tinteling gevoeld bij het “aanraken” van een onder spanning staand installatiedeel.
De installatie was spanningsloos gemaakt om werkzaamheden uit te voeren, dit betrof het verwijderen van de bestaande bekabeling aan de onderzijde van een koppelschakelaar. Men heeft aan de rechterzijde (geel omcirkeld) de koperen rail(s) gemeten en deze gaven waren “spanningsloos”.
De werkzaamheden zijn aangevangen en daarbij heeft men in de ruimte, aan de linkerzijde achter de pertinaxplaat, iets willen “voelen” Hierbij heeft het slachtoffer de onder spanning staande rail (bijna) geraakt. Het slachtoffer voelde een lichte tinteling en heeft zijn hand gelijk terug getrokken.
Potentie: elektrocutie
Kortsluiting
Deze werkzaamheden werden uitgevoerd onder de NEN 3140
Om aansluitingen in een verdeelkast te kunnen maken, welke voor een gedeelte in bedrijf moest blijven, heeft men een afscherming gemaakt.
Om deze afscherming te kunnen maken heeft men de afmetingen zo nauwkeurig als mogelijk opgemeten en aan de hand daarvan gemaakt (plexiglas).
Deze afscherming heeft men geplaatst om zo een veilige scheiding aan te kunnen brengen tussen de werkzaamheden en de onder spanning zijnde installatie.
Tijdens het monteren van de aarde is de monteur met zijn steek/ring sleutel achter de aangebrachte afscheiding gekomen en heeft daar een onder spanning staande fasedraad geraakt. Hierbij is kortsluiting ontstaan.
Verkeerde kabelschoen voor de kabel
Deze werkzaamheden werden uitgevoerd onder de NEN 3140
In dit voorbeeld is er een onjuiste kabelschoen voor deze kabel gekozen. De kabel was een 70 mm2 en de kabelschoen was geschikt voor een 120 mm2.
De kabelschoen is uiteindelijk toch op de kabel geperst maar heeft een onjuiste aansluiting en daarmee is de overgangsweerstand ook onjuist.
Hier is het risico dat onjuiste werkvoorbereiding en onjuiste gebruik van onderdelen wat resulteert in een (vergrote) kans op brandgevaar.
Om het risico op elektrocutie en/of vlambogen te voorkomen of de kans op te minimaliseren en te beheersen beschrijft de norm een vijftal essentiële stappen: In de NEN3140 is dit omschreven in paragraaf 6.2 spanningsloos werken
Scheid het installatie deel waar je aan het werk gaat van alle (mogelijke) voedingsbronnen. Denk hierbij niet alleen aan de zijde van de energieleverancier maar ook aan bijvoorbeeld een NSA en/of zonnepanelen. Zo zijn er tegenwoordig mogelijk meerdere voedingsbronnen aanwezig in een installatie.
Gebruik hiervoor LOTO (Lock Out – Try out). Is de LOTO niet mogelijk, overleg dan met je werkverantwoordelijke hoe de installatie alsnog tegen weder inschakelen beveiligd word. Mogelijke oplossing zijn: de ruimte op slot doen; een collega de scheiding laten bewaken.
Je moet spanningsloosheid aantonen. Dit kan en mag uitsluitend en alleen met een tweepolige spanningsaanwijzer, zoals een Duspol. Dus hiervoor geen universeelmeter of spanningszoeker gebruiken. Houd er rekenschap mee dat er mogelijk nog componenten zijn die zich nog moeten ontladen; denk hierbij aan condensatoren, kabels en/of frequentieomvormers.
De tweepolige spanningsaanwijzer moet voor en na het meten van het uitgeschakelde installatiedeel worden gecontroleerd. Dit komt dus op het volgende neer:
Laat u nooit en te nimmer afleiden als u deze meeting uitvoert. Bij twijfel begint u de meting van voren af aan. Het gaat immer om uw eigen veiligheid en die van collega's!
Sluit bij het aarden en kortsluiten eerst het aardpunt aan en aansluitend de actieve delen. Verwijderen van het aardings- en kortsluitgarnatuur doe je dit in omgekeerde volgorde.
Indien er werkzaamheden plaatsvinden in de nabijheid van actieve delen, dan dienen deze actieve delen afgeschermd te worden.
Om het risico op elektrocutie en/of vlambogen te voorkomen of de kans op te minimaliseren en te beheersen, is aanvullend op de uitgangspunten van de NEN 3140, een aanvullende aanwijsstructuur, raamopdrachten en VeiligWerkInstructie’s (VWI’s) opgenomen.
Om een BEI-BLS aanwijzing te kunnen krijgen dien je te voldoen aan de uitgangspunten van de NEN 3140 met daarbij één of meerdere verplichte opleidingen en persoonlijke certificeringen. Dit houdt tevens in dat je moet aantonen in een praktijk examen dat je voor bepaalde handelingen competent bent. Aan de hand daarvan wordt er een BEI-BLS aanwijzing uitgeschreven met daarbij op de raamopdracht de werkzaamheden die je, vanuit je competentie, mag uitvoeren. Op deze raamopdracht staan tevens welke VWI’s je benodigd hebt om deze werkzaamheden veilig uit te kunnen voeren. De VWI bestaat uit een vast omlijnde instructie en de vereiste PBM’s welke gebruikt moeten worden.
Om het risico op een vlamboog en/of elektrocutie en de gevolgen daarvan te voorkomen en anders te minimaliseren is het volgende van belang:
Mocht het opgedragen werk:
STOP met werken en ga naar jouw werkverantwoordelijke (WV-er) om dit te bespreken.
Zie hiervoor ook de toolboxen:
Zie de volgende GO!-Leereffecten voor meer informatie:
Zie de volgende Toolboxen voor meer informatie:
Scan de volgende code met de app om deze toolbox te bekijken.